In 1990 werd homoseksualiteit geschrapt van de WHO-lijst van geestesziekten. Transidentiteit wordt pas in 2019 verwijderd. Aangezien het hier niet om pathologieën gaat , moeten ze ook niet worden behandeld om ze te wijzigen of te genezen. In 2012 verklaarde de WHO dat de praktijk van “conversietherapieën” een bedreiging vormt voor de gezondheid en de rechten van de betrokkenen. De VN volgde dit voorbeeld door ze in 2015 te veroordelen en vergeleek ze zelfs met marteling in een rapport van mei 2020.

In zijn resolutie van 1 maart 2018 stelt het Europees Parlement dat het voorstander is van nieuwe initiatieven om conversiepraktijken te verbieden en roept het de lidstaten op om zo snel mogelijk wetgeving vast te stellen om een einde te maken aan deze discriminerende praktijk.

Hoewel het fenomeen meer bekendheid geniet in het buitenland, met name in de Verenigde Staten, waar minstens 700.000 conversiepraktijken bekend zijn, blijft ook België niet gespaard van deze onmenselijke en vernederende praktijken. Een recente studie van het Centre Permanent pour la Citoyenneté et la Participation (CPCP)1 onthult de verhalen van LGBTQIA+ mensen die het slachtoffer zijn geworden van zogenaamde medische therapieën of zelfs vormen van exorcisme.

Conversiepraktijken, ook wel “conversietherapieën” genoemd, zijn misleidende, ondoeltreffende en gevaarlijke praktijken die erop gericht zijn de seksuele oriëntatie , genderidentiteit of genderexpressie van LGBTQIA+ mensen te veranderen, te onderdrukken of te elimineren. Deze praktijken variëren van psychotherapie en elektroshocktherapie tot afranseling en zelfs “corrigerende verkrachting”. Ze kunnen plaatsvinden in religieuze, medische of sektarische milieus , en uitgevoerd worden door familieleden of pseudo-professionals en vreselijke gevolgen hebben voor de mensen op wie ze worden uitgeoefend.

Hoewel België dankzij zijn uitgebreide wetgevingsarsenaal regelmatig wordt beschouwd als een toonbeeld van LGBTQIA+-rechten, waren deze praktijken in België nog steeds niet verboden, zoals in Frankrijk, Duitsland, Albanië, enkele Spaanse regio’s en Malta.

Het wetsontwerp van staatssecretaris Sarah Schlitz om conversiepraktijken te verbieden is op 28 oktober door de Ministerraad goedgekeurd.

Door de aanneming van dit specifieke wetsontwerp kan het verbod onmiddellijk in werking treden.De conversiepraktijken worden als volgt gedefinieerd: “ Onder conversiepraktijk wordt begrepen elke praktijk die bestaat of mede bestaat uit een fysieke interventie of het uitoefenen van psychische druk, waarvan door de dader of het slachtoffer wordt aangenomen of voorgehouden dat die erop gericht is de seksuele oriëntatie , de genderidentiteit of de genderexpressie van een persoon te onderdrukken of te wijzigen, ongeacht of dit kenmerk daadwerkelijk aanwezig is of vermeend is door de dader.”

Het uitvoeren van conversiepraktijken wordt bestraft met een gevangenisstraf van 1 maand tot 2 jaar en een boete van 100 tot 300 euro of met slechts één van deze straffen.

Bij de keuze van de straf en de zwaarte ervan zal de rechter in het bijzonder rekening houden met verzwarende factoren :

  • of het strafbare feit is gepleegd door een persoon in een erkende positie van vertrouwen, autoriteit of invloed ten aanzien van het slachtoffer
  • indien het strafbare feit is gepleegd tegen een minderjarige of een persoon in een kwetsbare situatie

Het voorstellen of aanzetten tot conversie praktijken, direct of indirect, zal eveneens worden bestraft. De rechter zal personen die zijn veroordeeld voor conversiepraktijken, gedurende maximaal vijf jaar kunnen verbieden een beroeps- of maatschappelijke activiteit uit te oefenen die verband houdt met het plegen van deze strafbare feiten.

“België is een pionier op het gebied van #LGBTQIA+ rechten. Talrijke wetgevende hervormingen en sociale inspanningen getuigen hiervan, maar dit verbod ontbrak jammerlijk in ons wetgevend arsenaal. De mogelijkheid om zichzelf te zijn en de vrijheid om te leven zoals men wil, is een grondbeginsel van onze samenleving dat onder geen beding mag worden aangetast. Dit verbod is een krachtige daad om de slachtoffers te beschermen tegen dit symbolische, psychologische en soms fysieke geweld. Het is ook een signaal aan de rest van de samenleving dat degenen die niet ziek zijn niet behandeld moeten worden. “ – Sarah Schlitz

http://www.cpcp.be/publications/therapies-conversion/