Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (IGVM) heeft in samenwerking met de Geïntegreerde Politie (de lokale en federale politie) een reeks richtlijnen opgesteld om slachtoffers van niet-consesuele verspreiding van intieme/seksuele beelden beter te begeleiden en het onderzoek te verbeteren.
Twee politieagenten zijn vandaag voor de correctionele rechtbank van Hasselt verschenen omdat ze een trans persoon die in diens cel masturbeerde hebben gefilmd en deze video hebben gedeeld. De agenten worden vervolgd voor voyeurisme en de niet consensuele verspreiding van seksueel getinte inhoud. Het betreft wel degelijk een strafrechtelijke inbreuk, hoewel dit vaak wordt vergeten door daders en slachtoffers. De politiemensen riskeren tot vijf jaar gevangenisstraf. De feiten dateren van 2019 toen een inspecteur van de politie Sint-Truiden de inhoud van de bewakingscamera’s van een cel filmde. De video werd vervolgens gedeeld in een WhatsApp-groep tussen collega’s en vervolgens buiten de groep verspreid. Een van de agenten zou ook een video van een naakte asielzoeker zonder zijn medeweten hebben gefilmd en gedeeld.
Volgens een rapport van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, dat gisteren werd gepubliceerd, zijn mensen die ten minste één vorm van ongewenste verspreiding, vervaardiging of ontvangst van naaktfoto’s hebben meegemaakt, significant vaker vrouw, gemiddeld jonger, vaker woonachtig in Wallonië en vaker homoseksueel, biseksueel of transgender.
Deze nieuwe richtlijnen van de Geïntegreerde politie zijn bedoeld om de slachtoffers zo goed mogelijk te ondersteunen wanneer zij met dit soort situaties te maken krijgen (vooral in gevallen van “wraakporno”) en ook om te duiden hoe een onderzoek gevoerd kan worden naar dit soort feiten, feiten die steeds vaker voorkomen en waar politiepersoneel nog vaak machteloos tegenover staat.
De staatssecretaris voor gendergelijkheid, Sarah Schlitz, werkt momenteel aan verschillende maatregelen ter bestrijding van online seksueel geweld zoals de mogelijkheid om online een klacht in te dienen.
Het fenomeen van online seksueel geweld wordt nog onvoldoende begrepen en serieus genomen. Daders hebben vaak de neiging om het slachtoffer de schuld te geven. Het delen van seksuele beelden of video’s zonder de toestemming van de persoon die erin voorkomt is echter laakbaar. Daarom zijn deze richtlijnen opgesteld, op verzoek van en in samenwerking met de politie, om ervoor te zorgen dat de slachtoffers zich veilig voelen, dat hun dossier naar behoren wordt behandeld en dat de daders worden vervolgd. Sociale netwerken maken deel uit van de openbare ruimte en niet alles is toegestaan.