Vandaag hebben alle regeringen van het land het Nationale Actieplan tegen gendergerelateerd geweld dat ik al een jaar lang uitwerk, goedgekeurd.
Het is het meest ambitieuze ooit: met 201 maatregelen, waarbij 17 ministers en 23 overheidsdiensten en verschillende middenveldsorganisaties betrokken werden om het plan tot stand te laten komen, uit te voeren en te evolueren. Het Verdrag van Istanbul ent dials kompas.
Voor het eerst is er een specifiek budget voor uitgetrokken: 2,5 miljoen euro per jaar, naast de begrotingen van de deelstaten en andere federale budgetten zoals voor Justitie, Binnenlandse Zaken, Buitenlandse Zaken, Digitaal, enz.
Er zal een toezichtcomité, bestaande uit vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, worden opgericht om toe te zien op de uitvoering en evaluatie ervan.
Dit plan voorziet in de oprichting van een expertisecentrum voor alle vormen van geweld (seksueel, economisch en verloskundig geweld, seksuele intimidatie, seksisme in de openbare ruimte, gedwongen huwelijken, genitale verminking, cybergeweld, enzovoort). Er zal worden samengewerkt met terreinorganisaties en de academische wereld.
Er is veel vooruitgang geboekt en ik ben bijzonder trots op deze engagementen:
- Opstellen en publiceren van officiële genderstatistieken, met name over femicide
- Systematischere toepassing van uithuiszetting van gewelddadige partners en de slachtoffers beter beschermen.
- Meer rekening houden met geweld in wetgeving en beslissingen over voogdij over kinderen.
- Afbouwen het ouderverstotingssyndroom
- Alle politieagenten opleiden om met slachtoffers van seksueel geweld om te gaan.
- Rekening houden met gendergerelateerd geweld in het asiel- en migratiebeleid, met name door de benoeming van “gendercoördinatoren” binnen de EO en Fedasil.
- De economische zelfstandigheid van vrouwen versterken, met name door de terugvordering van alimentatiebetalingen te vergemakkelijken en door de door de ex-echtgenoot aangegane schulden aan te vechten.