7 februari 2023 – Safer Internet Day

“De digitale ruimte maakt integraal deel uit van de openbare ruimte. Er is geen enkele reden waarom dit zou moeten worden vrijgesteld van regelgeving en toestemming. Iedereen moet zich daar vrij en veilig voelen. Maar online seksueel geweld is reëel; het kan vreselijke schade
aanrichten en zelfs leiden tot zelfmoord. Jongere generaties zijn bijzonder kwetsbaar voor dit fenomeen: op weg naar huis van school of de universiteit worden pesterijen vaak online voortgezet. Intieme beelden van u kunnen worden bewaard en verspreid zonder uw toestemming. Daarom heb ik besloten een studie te laten uitvoeren om een objectief overzicht van deze situatie te krijgen en mogelijke maatregelen vast te stellen,” legt Sarah Schlitz uit.

Uit de studie blijkt duidelijk dat jongeren regelmatig worden geconfronteerd met de niet-consensuele ontvangst van expliciete seksuele beelden, in het bijzonder meisjes en vrouwen, jongeren van 15-18 jaar en LGB+ (lesbiennes, homo’s, biseksuelen, en anderen). Zodra het nieuwe wetboek van strafrecht in werking treedt, zal deze praktijk in veel gevallen strafbaar zijn.

Safer Internet Day is in 2004 van start gegaan. Met de toenemende digitalisering van onze samenleving is deze actiedag een belangrijke datum geworden op de kalender van alle mensen en organisaties die zich inzetten voor meer veiligheid en welzijn op internet, in het bijzonder voor kinderen en jongeren.

Met dit in het achterhoofd is opdracht gegeven tot deze studie. Er werden 1819 jongeren tussen 15 en 25 jaar geïnterviewd die met het internet zijn opgegroeid. Het geslacht en de moedertaal van de ondervraagde jongeren weerspiegelen deze leeftijdsgroep van de Belgische bevolking. De studie werd uitgevoerd onder leiding van Catherine van De Heyning en Michel Walrave van de Universiteit Antwerpen in samenwerking met de IGVM.

Doelstellingen van de studie:
– Nagaan hoe vaak deze jongeren ongewenste seksuele beelden ontvangen en hoe vaak zij seksuele beelden in handen hebben zonder toestemming van de personen die erop staan.
– Het onderzoeken van de invloed van leeftijd, geslacht en seksuele gerichtheid op het dader- of slachtofferschap van het ontvangen, verzenden of bezitten van niet-consensuele seksuele beelden.
– De cijfers aanvullen en analyseren in het licht van de bestaande literatuur.
– De sancties in verband met online seksueel geweld en de perceptie ervan door de geïnterviewde jongeren in kaart brengen.

Deel 1 van het onderzoek: het ontvangen van “dick pics” [1]

Uit de studie blijkt dat de ondervraagde jongeren zeer regelmatig online seksuele inhoud ontvangen. De meeste inhoud bestond uit afbeeldingen van penissen. 37% van de jongeren had al een “dickpic” ontvangen.

Dit percentage is aanzienlijk hoger voor meisjes. Meer dan de helft, 51% van hen, zei al een “dickpic” te hebben ontvangen (tegenover 23% van de jongens). In meer dan zes op de tien gevallen hadden de meisjes hier niet om gevraagd.

60% procent van de respondenten die zich niet als heteroseksueel identificeerden (homoseksuelen, biseksuelen, en anderen) had reeds seksuele beelden ontvangen, tegenover 35% van de respondenten die zich als heteroseksueel identificeerden.

17% van het totale aantal jongeren vroeg niet om een dergelijk beeld. Een op de vijf ondervraagde jongeren heeft dus al eens ongewild een “dickpic” ontvangen (37% – 17% = 20%). Bovendien was 34% van de respondenten die een dergelijk beeld kregen tussen de 15 en 20 jaar oud.

De meeste respondenten gaven aan “in verlegenheid gebracht”, “boos” of zelfs “woedend” te zijn over de ontvangst van dit soort niet-consensuele beelden, vrouwen meer dan mannen. Mannelijke slachtoffers voelden zich dan weer schuldiger en eenzamer dan vrouwelijke slachtoffers na het ontvangen van een ongevraagde dickpick.

Bijna de helft van de jongeren die een dergelijke afbeelding ontvingen, kreeg deze van een onbekende. Dit geldt nog vaker voor vrouwelijke respondenten. Deze beelden zijn regelmatig afkomstig van mensen met wie jongeren via sociale media contact hebben, maar niet in de offline wereld. Jonge mannen identificeren vaker de afzender van de “dickpic” in de offline wereld, zoals een leraar, sportcoach, familielid, baas of collega op het werk. 10% van het totale aantal respondenten gaf aan dat de afzender van de ongewenste seksuele foto minstens 3 jaar ouder was dan zijzelf. Opmerkelijk is dat deze situatie drie keer zo vaak voorkomt bij vrouwen (15% van hen tegen 5% van hen).

Wanneer jongeren dergelijke beelden versturen, doen ze dat vooral om seksuele beelden terug te krijgen en de ontvanger te “verleiden”. Maar een aanzienlijk deel van de respondenten geeft toe kwade bedoelingen te hebben met het verzenden van dergelijke beelden: 23% zegt dat zij dit doen om de ontvanger lastig te vallen of te intimideren.

Veroordeling

De meerderheid van de respondenten vindt dat het versturen van een “dickpic” zonder toestemming strafbaar moet zijn (tussen 68% en 79% van de respondenten, afhankelijk van de in de studie gebruikte scenario’s), maar vindt het moeilijk te beoordelen of dit volgens de Belgische wet ook daadwerkelijk het geval is.

Het goede nieuws is dat dit veelal het geval zal zijn zodra het nieuwe strafwetboek in werking treedt.

De respondenten zijn voorstander van alternatieve straffen. Zij denken dat een online cursus over seksueel geweld, bemiddeling en compensatie de juiste manieren zijn om het versturen van dickpics op te volgen.

Deel 2 van het onderzoek: bezit van seksuele afbeeldingen zonder toestemming van de afgebeelde persoon

Dit is de eerste keer in Europa dat een dergelijk onderzoek naar het bezit van seksuele beelden is uitgevoerd.

21% van de jonge mannen en slechts 9% van de jonge vrouwen zegt iemand te kennen die naaktfoto’s van hen heeft. Maar het lijkt erop dat dit cijfer sterk wordt onderschat. Veel jongeren zijn zich niet bewust van het feit dat iemand dergelijke beelden van hen heeft, deels
omdat zij daar geen toestemming voor hebben gegeven. Zo zegt 7% van de jongens en 4% van de meisjes niet te weten of iemand seksuele foto’s van hen heeft. Het lijkt er ook op dat meisjes dit fenomeen in de enquête te weinig melden, als gevolg van sociale druk. 

In totaal zei 61% van de ondervraagde jongeren dat zij dergelijke foto’s nooit zouden bewaren als hen werd gevraagd ze te verwijderen, maar meisjes/vrouwen zeiden beduidend vaker dat zij dergelijke beelden nooit zouden bewaren.

Omgekeerd waren bijna alle respondenten die aangaven intieme beelden van anderen te hebben mannen, en oudere respondenten nog meer.

Hoe komen ze aan deze beelden?

30% antwoordde dat deze beelden op hun telefoon of computer waren opgeslagen door een screenshot van een tijdelijke momentopname. Dit lijkt de meest voorkomende manier om zonder toestemming in het bezit te komen van een seksuele afbeelding. 29% zei toestemming te hebben gehad om de foto te bewaren, voordat deze toestemming werd ingetrokken. 23% zegt een screenshot te hebben gemaakt tijdens een videogesprek.

Er is een duidelijk verschil in de reacties van mannen en vrouwen. Vrouwen gaven dubbel zo veel aan dat zij hadden gevraagd een foto van zichzelf te verwijderen en dat dit verzoek niet werd gerespecteerd.

Daarnaast heeft 13% van de respondenten dergelijke beelden via het dark web gevonden of gekocht van een derde partij.

3⁄4 van de ondervraagde digital natives is het ermee eens dat het bezit van seksuele beelden van iemand die niet meer wil dat je ze bezit (73%) of die je nooit toestemming heeft gegeven om ze te bezitten (74%), moet worden vervolgd. Meer dan 60% dacht dat dit al strafbaar was en meer dan 70% vond dat dit gedrag bestraft moet worden.

Uit de studie blijkt dat meer jongeren vinden dat niet-consensueel bezit van seksuele beelden bestraft moet worden dan dickpics.

Sarah Schlitz : De resultaten van deze studie zijn zeer verhelderend en tonen aan dat jongeren al heel vroeg met seksueel geweld worden geconfronteerd en dat geslacht en seksuele oriëntatie een belangrijke invloed hebben op het slachtoffer- of daderschap. Dit herinnert ons er niet alleen aan dat deze kwesties in een vroeg stadium moeten worden aangepakt, maar ook dat er een duidelijke wetgeving moet worden aangenomen. Ik wil in deze richting gaan, door het bezit van dergelijke beelden duidelijk te verbieden. Het bezit van intieme beelden van minderjarigen is reeds strafbaar, dit moet eveneens strafbaar zijn voor intieme beelden van meerderjarigen.


[1]Een dick pic is een foto van een penis, meestal in erectie, die via het internet wordt verstuurd. Bij uitbreiding verwijst de term naar elke foto van seksuele aard.

Link naar het onderzoek : Onderzoek naar de houding van jongeren over het versturen en bezitten zonder toestemming van seksuele beelden